- Student
- 07/11/2022
La dolce vita in Bologna en Turijn
Als Erasmusstudent naar Noord-Italië
Pizza, pasta, ijs, vele eeuwen aan cultuurhistorie, een mediterraan klimaat en dan die prachtige taal: Italië is niet voor niets een geliefd vakantieland. Maar waarom zou je er niet eens wat langer blijven? TU/e-studenten Jolijn Martens en Tom Plat vertrokken met een Erasmusbeurs naar het land van Verdi, Dante en Da Vinci. Vanuit respectievelijk Bologna en Turijn vertellen ze Cursor hoe het hen bevalt in Italië en in de ‘Erasmusbubbel’.
Bologna en Turijn liggen in het noorden van Italië. Turijn aan de westzijde, met rugdekking van de Alpen. Bologna vind je in het oosten, tussen Venetië en Florence in. Naar Nederlandse begrippen zijn het beide zeer massale studentensteden met elk ongeveer 90.000 studenten.
De steden hebben elk hun eigen karakter. Turijn (900.000 inwoners) is na Milaan de grootste stad van Noord-Italië met statige straten waarlangs barokke palazzi zich aaneenrijgen. De stad is bekend vanwege de mysterieuze lijkwade van Turijn, met naar verluidt een afdruk van het gelaat van Jezus. Bologna is kleiner (400.000 inwoners) en compacter, met kronkelstraatjes en de oudste universiteit ter wereld: gesticht in 1088 – een slordige negen eeuwen vóór de TU/e (1956). Turijn heeft de Mole Antonelliana als landmark, Bologna een tweetal torens die – net als hun tegenhanger in Pisa – gevaarlijk overhellen.
Foto's aanklikken om te vergroten
Overeenkomsten zijn er ook: in beide steden vind je bijvoorbeeld vele kilometers aan overdekte zuilengalerijen, zodat je naargelang het seizoen uit de zon en/of neerslag kunt winkelen en wandelen. Daarnaast is er de sterk ontwikkelde eetcultuur, de overvloed aan Vespa’s – en naar Italiaanse begrippen ook aan fietsen – in het straatbeeld, en zoals gezegd: de massale hoeveelheid studenten uit alle windstreken. Onder hen bevinden zich dit semester TU/e’ers Tom Plat en Jolijn Martens.
Cultuurshock
TU/e-student Tom Plat (22) was van plan een semester in Singapore te gaan studeren. Toen zijn inschrijving daar mis ging, moest hij last minute een plan B bedenken. “Dat werd Turijn.” De masterstudent Innovation Management (IE&IS) studeert er aan de Politecnico di Torino. Naast vakken Engineering & Management volgt hij er ook Italiaanse les.
Baalt hij nog dat Singapore hem door de neus geboord is? “Nee, zeker niet. Ik was klaar om mezelf bloot te stellen aan een heel andere cultuur, maar ook hier loop je wel een lichte cultuurshock op hoor.” Naar Nederlandse maatstaven zijn dingen bijvoorbeeld niet altijd handig geregeld, ontdekte hij.
“De colleges duren bijvoorbeeld drie uur, met alleen een pauze als de docent die inlast. En de eindtijd van het eerste college komt overeen met de begintijd van het tweede, dus je kunt daar onmogelijk op tijd komen – laat staan dat je tussendoor kunt lunchen.”
Als echte Nederlander heeft Tom zijn fiets meegenomen naar Italië. Intussen is hij al de nodige bijna-ongelukken verder. “En dat terwijl Turijn volgens de Italianen een fietsstad bij uitstek is. Als dat klopt, ga ik in andere steden hier niet eens probéren op de fiets te stappen.”
Eten
Natuurlijk vallen de cultuurverschillen ook vaak in het voordeel van Turijn uit. “De Italianen die ik ontmoet, zijn heel gastvrij. De studenten uit het zuiden van het land nog iets meer dan de noorderlingen.”
Ook houden ze zich bijzonder graag bezig met eten: met koken, met tafelen, en vooral met praten over de beste producten en waar die te vinden zijn. “Mijn Italiaanse huisgenoten kunnen met een paar ingrediënten die ze toevallig in de koelkast vinden heerlijke maaltijden koken.”
“Als ik zelf kook, is het meestal ‘pasta met een prutje’. Want als ik pasta carbonara wil maken, of een ander klassiek Italiaans gerecht, moet ik me eerst uitgebreid verantwoorden over het recept. Hoeveel eieren doe ik erin? En uit welke streek komt de kaas?”
Erasmusbubbel
Een semester studeren in het buitenland is niet alleen kennismaken met een andere cultuur, maar ook jezelf onderdompelen in de Erasmusbubbel: het heel eigen wereldje van internationale studenten die met een Erasmusbeurs op zak de wereld verkennen. Tom geniet er met volle teugen van.
“Thuis spreek ik vaak met dezelfde vrienden af en zit mijn agenda twee weken van tevoren al ramvol; hier ontmoet ik elke dag nieuwe mensen en plan ik nauwelijks vooruit, go with the flow. We ondernemen veel leuke dingen – naar een wijnproeverij of een wedstrijd van Juventus – maar alles gaat spontaan. Er worden ook weekendtrips georganiseerd voor Erasmusstudenten, ik ga bijvoorbeeld een paar dagen skiën in de Alpen.”
Het uitgaansleven van de Erasmusstudenten in Turijn concentreert zich op verschillende pleinen. “Op de ene plek heb je de beste aperitivo – dat is borrelen op z’n Turijns, met gratis hapjes. En op de andere plek kun je het goedkoopst een rondje Aperol bestellen, want dat is hier hét studentendrankje bij uitstek. Ja, ik heb het zelf ook wel leren waarderen.”
Dilemma’s
Tot slot nog twee Italië-dilemma’s. Pizza of pasta? “Dat is een lastige, maar als ik moet kiezen: pizza.” En: Italiaanse koffie of bier? “Koffie en Aperol.”
Beetje verliefd
Jolijn Martens (23) begon haar Erasmus-avontuur vanuit een ideale uitgangspositie: “Mijn verplichte studiepunten zijn binnen en ik had nog tijd over voor ik aan mijn masterthesis ga beginnen. Een mooie gelegenheid om een tijdje naar het buitenland te gaan, iets wat ik graag nog wilde.”
De masterstudent Data Science & Artificial Intelligence ging op zoek naar een universiteit met vakken die aansluiten op het onderwerp van haar thesis. “Die gaat over het automatisch herkennen van objecten in afbeeldingen.”
Dat ze de gewenste vakken aan de Scuola di Ingegneria van de Università di Bologna vond, kwam mooi uit: “Ik was al wel een beetje verliefd op Italië.”
Woordjes stampen
Naast de vakken volgt ook Jolijn lessen Italiaans. “Dat kan gratis op de universiteit. Het is leuk om na zes jaar wiskunde en programmeren weer een taal te leren – woordjes stampen enzo. Dat had ik anders nooit gedaan.”
De colleges duren in Bologna geen drie – zoals in Turijn – maar twee uur. Wel sluiten ze ook in Bologna naadloos op elkaar aan. “Maar docenten vinden het dus ook niet erg als je te laat binnenkomt, dat verwachten ze.”
En de inhoud? “Als Erasmusstudent val je midden in een ander curriculum. Soms blijven ze heel lang stilstaan bij iets wat ik al tien keer heb gehad; soms gaat het tempo me juist veel te snel. Maar ik vind de stof heel interessant.”
Kamerjacht
Hoe bevalt Bologna? “Het is een fijne, maar heel drukke en volle stad. Iedereen woont op een relatief klein oppervlak. Dat heeft als voordeel dat ik alles te voet kan doen, ik heb geen fiets nodig en maak nauwelijks gebruik van het ov.” Dat er verhoudingsgewijs enorm veel studenten in Bologna wonen, zie je terug in het straatbeeld: “Ik zie eigenlijk alleen mensen van mijn leeftijd op straat. Gezinnen met kinderen zijn er bijvoorbeeld veel minder.”
Die overvloed aan studenten heeft wel een nadeel: “Het is echt heel, heel moeilijk om hier een kamer te vinden. Nog veel moeilijker dan in Eindhoven. Ik heb gehoord van Erasmusstudenten die noodgedwongen hun hele semester in hotels en AirBnB’s hebben geslapen, maar dat is onbetaalbaar. Wil je hiernaartoe komen, ga dan op tijd op kamerjacht!” Zelf heeft Jolijn geluk gehad: “Er kwam een kamer vrij in het huis van een studiegenote van de TU/e die hier ook studeert.”
Trein
Jolijn is naar eigen zeggen “geen stapper meer”, maar ook buiten het nachtleven om is er in de Erasmus-community volop te beleven, vertelt ze. “Bologna telt twee verenigingen voor internationale studenten die heel veel organiseren. Je kunt letterlijk elke dag iets doen: uit eten, samen sporten, een stadswandeling maken of mee met een weekendtripje.”
Met het groepje vrienden dat ze leerde kennen via die activiteiten, onderneemt Jolijn nu zelf leuke dingen. “Ik probeer veel te reizen. Bologna is gunstig gelegen; je bent overal snel met de trein. Ik ben al in Venetië, Verona, Milaan, Cinque Terre en Florence geweest, en dit weekend wil ik graag naar Rome.”
Cappuccino
Ook voor Jolijn is de keuze tussen pasta en pizza een lastig dilemma. “Dat is een moeilijke. Als we uit eten gaan, kies ik voor pizza, omdat ik dat thuis niet maak. Maar met pasta kun je meer kanten op. Mijn favoriet is pasta carbonara.” Niet pasta bolognese – hét gerecht van Bologna? “Nee, maar dat vind ik ook wel lekker hoor. Hier heet het trouwens pasta al ragù. Als je pasta bolognese zegt, worden ze boos.”
En na het eten is het tijd voor koffie. “Ik probeer me te houden aan de Italiaanse regel dat je cappuccino alleen in de ochtend drinkt, maar als zichtbare international – ik ben lang en blond – kom ik er ook wel mee weg om er bij de lunch nog eentje te bestellen. Het is ook zo lekker.”
Discussie