Rituelen op de universiteit stammen uit de middeleeuwen
MomenTUm geeft daar als 'invented tradition' een nieuwe draai aan
De universiteit zit er stiekem vol mee: rituelen en tradities. Dagdagelijks merken studenten hier misschien niet veel van, maar ze zijn er wel degelijk. De opening van het academisch jaar, de intro-activiteiten, intreeredes van nieuwe professoren, de ceremoniële kledij en het vele Latijn. Cursor dook eens in de archieven om nieuwe studenten op weg te helpen in deze eeuwenoude jungle.
Waar mensen misschien toch het eerst aan denken bij rituelen en tradities op een universiteit is de ceremoniële kledij. De toga en baret die gereserveerd zijn voor hoogleraren vallen natuurlijk gewoon erg op. En dat is ook de bedoeling. Joep Huiskamp, beleidsmedewerker en adviseur van het College van Bestuur, weet veel over de geschiedenis van de universiteit: “De ceremoniële gebaren en tradities rond de universiteit vinden hun oorsprong in middeleeuwen. Iemand die zo’n toga draagt, geeft daarmee aan dat hij of zij een bepaalde positie inneemt: hij wordt gevolgd. Dat was en is de essentie van de universiteit: studenten volgden iemand die heel veel weet van bepaald onderwerp. Dat idee lijkt nog altijd heel erg op de hiërarchie in de kerk en in kloosters. En als je eenmaal zo’n ding aan hebt, gebeurt er iets. Dat voelt de togadrager. Die uitstraling markeert echt een moment.”
Toga
Als je de professorstitel bereikt, word je geacht een toga te kopen en die te dragen bij speciale academische gelegenheden. “Er zijn leentoga’s beschikbaar, totdat nieuwe professoren er eentje hebben laten maken”, weet Maartje Mulder, coördinator bij het Bureau Promoties. “Professoren mogen die toga alleen tijdelijk lenen, want het College van Bestuur wil dat de professor er een voor zichzelf laat maken. De leentoga’s zijn vaak gedoneerde toga’s van overleden hoogleraren.” George Pisa & Zn maakt de toga’s voor de TU/e. Bijna duizend euro kost zo’n zwart gewaad. Dat is dan wel inclusief baret en compleet op maat gemaakt.
De toga's van de TU/e worden gemaakt in het naaiatelier van George Pisa & zn. in Eindhoven. Productiebegeleider Francien Rutjes leidt Cursor rond en laat van a tot z zien wat er bij komt kijken om zo'n toga in elkaar te zetten. Ze weet precies het naadje van de kous, aangezien ze hier al bijna vijftig(!) jaar werkt. "Vooral het fluweel dat in de TU/e-toga zit, is bewerkelijk. Het is geperst in plaats van geweven en kan gemakkelijk beschadigen, daarom wordt het goed ingepakt. De drager wordt volledig opgemeten en de toga wordt op maat gemaakt." Er mag verder niets gekozen worden door de drager, de stof is bepaald door de universiteit. Tussen dames en heren zijn er wel kleine verschillen: de heren hebben een opening in de toga om zo direct bij de broekszak eronder te kunnen. Bij de dames is dat niet het geval: voor hen wordt een zak in de toga zelf gemaakt.
Het dragen van de toga komt wel met enige verantwoordelijkheid: je kunt niet op sneakers verschijnen, erkent ook Mulder. “Bij promoties gelden bepaalde kledingprotocollen om inderdaad het risico van spijkerbroek en gympen te voorkomen. Voor hoogleraren is dat toga, baret, witte blouse of wit overhemd met grijze stropdas, donker kostuum en zwarte schoenen. Maar ook voor ‘niet-hoogleraren’ is er een code: donker kostuum of jacquet, witte blouse of wit overhemd, met stropdas en zwarte schoenen. De pedel dient toga, baret, grijze stropdas en zwarte schoenen te dragen. Promovendi en paranimfen moeten een rokkostuum of donker kostuum aan met witte blouse en zwarte schoenen.” In de kelder van het Auditorium is de togakamer gevestigd, een plek waar al die toga’s worden opgeslagen. Daar kan men zich omkleden voor de ceremonie. Je behoudt in principe je eerste toga van je beëdiging tot professor, ook als je nadien verandert van universiteit. Dat verklaart waarom je op foto’s soms verschillende toga’s bij elkaar ziet, ook al werken alle betreffende hoogleraren aan de TU/e.
Op de foto's hieronder promoties door de jaren heen:
Introweek
De introductie is een traditie die volgens ons weinig uitleg behoeft: elke student is bekend met dit fenomeen. Maar binnen de intro zijn wel veel tradities die vaak lang terug gaan binnen onze universiteit en/of het studentenleven. Zoals bijvoorbeeld het werven door verenigingen langs het Limbopad, het brassen van spullen of het adje trekken. Eeuwenoude tradities zijn studenten sowieso niet vreemd, neem een initiatieritueel als de ontgroening.
“Antropologen bestuderen de rituelen van gemeenschappen om zicht te krijgen op datgene wat van essentieel belang is”, zo duidt Huiskamp de functie van rituelen aan de universiteit. “Rituelen gelden als de weerspiegeling van belangrijke waarden en ongeschreven regels. Ze zijn markeringspunten in het sociale bestaan. Rituelen bestaan vaak uit een serie waarneembare handelingen, die zichtbaar en hoorbaar worden uitgevoerd in aanwezigheid van een verzameling leden van een gemeenschap. Ze volgen een vaste volgorde, met een duidelijk begin- en eindpunt. Een ritueel, kortom, schept orde in een chaotische wereld.”
Ceremonies
De opening van het academisch jaar wordt verricht door de rector, die in vol ornaat verschijnt met zijn toga, rectorsketen en baret. Voorop loopt de pedel met een staf. Die dient om ‘de weg vrij te maken’. De hoogleraren lopen bij zo’n gelegenheid in cortège, een soort processie. Als het cortège binnenkomt in een zaal dient het publiek uit respect even op te staan. Eenzelfde soort ceremonie is er voor intreeredes nadat een universitair hoofddocent promotie heeft gemaakt tot hoogleraar en voor de viering van de Dies Natalis, de geboortedag van de universiteit.
Wanneer we in Eindhoven precies de Dies Natalis zouden moeten vieren, is een lastige kwestie. Het is natuurlijk ook een hele bevalling om een universiteit op te richten: de officiële oprichtingsdag is daarom niet geheel duidelijk en er worden drie data als mijlpalen gezien. Eind jaren veertig zijn de eerste serieuze plannen gemaakt, in 1956 is de TU/e, toen nog de Technische Hogeschool Eindhoven (THE), geboren. Op 7 juni 1956 tekende koningin Juliana de herziene wet op het Technisch Hoger Onderwijs waarin de THE als instituut wordt vermeld. Op 23 juni 1956 treedt de wet in werking en wordt het college van de THE beëdigd. Op 19 september 1957 wordt de THE door de koningin geopend. De rector destijds, professor Henk Dorgelo, stelt 23 juni als Dies Natalis voor “maar dat bleek niet zo praktisch”, weet Huiskamp. “Dat zit al zo dicht op de zomervakantie. Toen is voor april gekozen. Het is een beetje fluïde, zoals Koninginnedag dat ook lang geweest is.”
Universiteitslied
Veel universiteiten hebben een eigen universiteitslied. Dat is voor de TU/e ook het geval. Er is een speciale compositie gemaakt bij de opening: Inno Della Tecnica, door Jurriaan Andriessen. "Zeven minuten duurt dat", weet Huiskamp. "Het lijkt de laatste decennia niet meer te worden uitgevoerd. Het is wat onder het stof verdwenen.” Audio en bewegend beeld heeft Cursor nog even proberen op te duikelen in de archieven maar is helaas niet gevonden. “Naast Inno Della Tecnica is er ook een studentenlied dat wordt gezongen bij de opening van het academisch jaar: Io Vivat (hoezee, zij leve, red.).”
Eerste hulplijst bij academische termen voor groentjes
- Cortège – processie van hoogleraren. Daar zit ook een volgorde in. Bij een inauguratie bijvoorbeeld: de pedel voorop, daarachter naast elkaar de rector en de inaugurerende hoogleraar, dan de decaan van de faculteit, de gasten van andere universiteiten, emeriti, dan pas de hoogleraren van de eigen faculteit in volgorde van anciënniteit van benoeming (dus niet leeftijd!).
- Dies Natalis – Latijn voor ‘dag van de geboorte’: viering van de ‘geboortedag’ van de universiteit. Bij de TU/e wordt deze in het voorjaar gevierd.
- Rector magnificus – Latijn voor ‘hoogste bestuurder’, eindverantwoordelijk voor het onderwijs en onderzoek
- Decaan – de hoogleraar die naast zijn leerstoel aan het hoofd staat van zijn faculteit
- Pedel – de voorste in het cortège die de pedelstaf draagt. Het is een functionaris van de universiteit. ‘Pedel’ komt van het Latijnse woord voor voet, of voeten ‘pes-pedes’. Als voorop-loper maakte de pedel de weg vrij voor de (andere) hoogleraren. Daarvoor dient ook de staf waarmee zo nodig kan worden geslagen. De pedel is de ceremoniemeester bij officiële zittingen zoals de dies natalis, oraties en afscheidsredes.
- Inaugurele rede / oratie / intreerede - De inaugurele rede is een openbare toespraak waarmee een nieuw benoemde hoogleraar het ambt officieel aanvaardt.
- Hora est – Latijn voor ‘het is tijd’ en dit wordt als het verlossende woord gezien van de pedel tijdens proefschriftverdedigingen van promovendi. De promovendus mag dan direct stoppen met het beantwoorden van de vraag.
- Universiteitsraad / U-raad – een medezeggenschapsorgaan bestaande uit door de gemeenschap verkozen studenten en medewerkers. Er wordt maandelijks vergaderd met het CvB.
- College van Bestuur – een groep mensen die gaat over het dagelijks bestuur, bestaande uit de rector magnificus, voorzitter en vicevoorzitter. De leden worden benoemd door de Raad van Toezicht, die weer wordt benoemd door de Minister van Onderwijs.
- Alumni – de afgestudeerden van een universiteit
- Cantus – studentenzangfestijn
- Bul – Officieel document overhandigd bij promotie
- Paranimf - iemand die dichtbij een promovendus staat en mee mag naar de proefschriftverdediging als een soort getuige, zoals een bruidsjonker of bruidmeisje naar een bruiloft
- Rectorsketen – ketting zoals ook een burgemeester die mag dragen. De TU/e heeft deze opgeslagen in de togakamer.
- Pedelstaf – stok die de pedel draagt. Zie voor verdere toelichting ‘pedel’.
Na het lezen van al deze termen vraag je je wellicht nog af waarom er zoveel Latijn in de universitaire wereld wordt gebruikt? Het was lang de taal van instructie in academia, vooral voor rechtenstudies en geneeskunde. Ook al is dat nu bijna nergens meer het geval, zijn er vanuit die tijd veel termen bewaard gebleven.
Nieuwe tradities
Naast de vele oude tradities, komen er ook nieuwe. Neem MomenTUm, waarbij men à la Amerika in toga en afstudeerbaret over de catwalk komt. En denk aan Alumni Avenue, de wall of fame waar alle afgestudeerden hun naam in het glas mogen graveren. Dat loopt overigens aardig storm, dus het is alvast nadenken waar de volgende ruiten beschikbaar kunnen worden gesteld voor het graveren.
Veel oude tradities op de universiteit stammen uit de middeleeuwen waarbij de toga en baret echt verdiend moeten worden. Maar hoe zit dat dan met MomenTUm? De studenten hebben nog lang geen toga en baret verdiend, maar mogen die dan wel al dragen? “Zie het als een invented tradition”, zegt Huiskamp. “In het leven geroepen om de bachelors van dat jaar in het zonnetje te zetten en gebaseerd op wat Amerikaanse universiteiten doen. Is een traditie van achthonderd jaar geleden beter dan een nieuwe? Dat is de vraag. Voor studenten maakt het niet uit, het is er gewoon. Ieder jaar komt er weer een nieuwe batch studenten binnen en die horen over MomenTUm en voor hen hoort er gewoon bij, net als de rest van de rituelen.”
Discussie